zondag 7 februari 2010


Bloem Het is een bloem om er met een vaantje om rond te gaan en zacht te zingen. Het is een bloem om niet meer burger te zijn, maar een broer van een kinderhemdje in zonneschijn. Pierre Kemp (1934) Een van de boeiendste eenlingen uit de Nederlandse poëzie van de twintigste eeuw is de dichter Pierre Kemp (1886-1967). ‘In ’s Lands poëtische volière,/ de meest dichterlijke is Pierre,’ schreef Bertus Aafjes 1956 in Kemps Liber Amicorum, waarin we hommages aantreffen van Gerrit Achterberg, J.C. Bloem, Jan G. Elburg, Guillaume van der Graft, Lucebert, Adriaan Morriën, M. Vasalis, Simon Vestdijk en vele anderen. Dichters en schrijvers waarvan hij de allermeesten nooit in levenden lijve had ontmoet. Vanuit zijn Maastrichtse ‘dichterkluisje’, ver van het door hem verafschuwde artistieke leven, slaagde hij er niettemin in met zijn even vitale als melancholische poëzie de harten te bereiken van zeer veel schrijvende en lezende Nederlanders. In 1956 werd hem de Constantijn Huygensprijs toegekend, in 1958 volgde de P.C. Hooftprijs. Het hierboven geciteerde gedicht ‘Bloem’ is typerend voor Pierre Kemps blijmoedigheid. Voor zijn verlangen een ‘opgewekte’ dichter te zijn. Maar uit zijn pen vloeiden ook regels als: Critisch Ik voel mij door het licht verplicht te leven, maar eer ik me aan die plicht om ’t licht wil geven, moet ik weten, of het nog anders is dan in brand gevlogen duisternis Wie was Pierre Kemp? Hoe werd deze ‘Man in het Zwart’, die een groot deel van zijn leven op het loonbureau van een Zuid-Limburgse steenkolenmijn werkte, tot een van ’s lands kleurrijkste dichters? Op zondagmiddag 30 mei aanstaande om 14 uur wordt in Stadsbibliotheek / Centre Céramique te Maastricht mijn biografie van Pierre Kemp gepresenteerd. Pierre Kemp. Een leven is een uitgave van Vantilt, Nijmegen.