maandag 25 februari 2013


Ondiep

Zij groeven hem een ondiep graf
om uit te groeien, omhoog en omlaag,
met takken en wortels en breedte
boven en onder de grond.

Laat het voorjaar maar komen
spotte de vorst. En hij stond
nog maar net of iedere tak was bedekt
met een dun laagje sneeuw.

Drie houten paaltjes stutten zijn magerte,
zijn verlangen naar wortels en, hoger bedrog,
een paar tortels.



Copyright © ‘Ondiep’ 2013 Wiel Kusters


vrijdag 22 februari 2013


Aan een boom in de Alexander Battalaan

De boom die hier stond heeft het begeven.
Een jongere stam wist zijn plaats in te nemen,
maar weet van de dood niet meer dan zijn leven.
Anders dan ik: geen mens zonder memen.

woensdag 20 februari 2013


IN EN ONDER HET DORP
NBD|Biblion recensie
"In opdracht van de provincie Limburg verschenen twee boeken over de geschiedenis van de mijnwerkers in Limburg, waaronder dit 'ten behoeve van een breed publiek'. De auteur, dichter en hoogleraar aan de Universiteit Maastricht, is afkomstig uit een familie waarvan meerdere generaties in de mijnen werkten. Aan de hand van de belevenissen van die familie worden de sociale kanten van het leven van mijnwerkers en hun gezinnen diepgaand belicht. We maken kennis met tantes en ooms, hun motieven om in de mijnen te gaan werken, het zware bestaan, de economische onzekerheid, de angsten, de gewoonten, de rol van vrouwen en kinderen, het sociale leven, de cultuur, de slechte gezondheid die het werk met zich meebracht, en de schandalige manier waarop mijnwerkers met silicose na de sluiting van de mijnen behandeld werden. Het leven zoals het was. Een bijzonder verhaal; de lezer maakt het bijna zelf mee, toegankelijk, indringend en toch met een zekere afstand geschreven. Een waar meesterwerkje!" 
Drs. H.H.M. Meyer (NBD|Biblion recensie)





Nieuwkomer

aankomst


Welkom aan de nieuwe buurtbewoner: een jonge valse christusdoorn (Gleditsia triacanthos), zonder doornen.


gevestigd

zondag 17 februari 2013

Pierre Kemp kon het niet laten

klik op de afbeelding om te vergroten

Dit kladje van een gedicht van Pierre Kemp uit februari of maart 1967 werd mij vandaag toegestuurd door mevrouw Marjet Perry, die schreef:

'Tijdens mijn opleiding tot verpleegkundige in het toenmalige Annadal [Ziekenhuis te Maastricht, in 1967] kreeg ik als leerling op de Longafdeling dhr. P. Kemp toegewezen.
Hij was opgenomen wegens een longontsteking, ik heb hem een paar weken verpleegd.
Hij was een hoogbejaarde aandoenlijk humoristische man, een man om van te houden als je er de tijd voor nam!'

Marjet Perry was naar eigen zeggen roodharig. De bijna 81-jarige Pierre Kemp, blijvend ontvankelijk voor het vrouwelijke, kon daar niet aan voorbijgaan zonder een gedicht te willen schrijven. Hij probeerde het voor haar.

Helaas kan ik het (klad)gedicht niet helemaal ontcijferen. Kemp was tegen het einde van zijn leven bijna blind. Vooral in zijn laatste regels is de 'op de tast' geschreven tekst moeilijk te reconstrueren.

Ik lees:

[Toe]n de maan lan[g]s de blauwe
                                                       hemel reed
ging een meisje met rood
                                                   haar
door met het spelen
lieveling                           met de schaar     
tot zij zich in haar [p]inkj[e]
en [onleesbaar]  [']t rose
en vader dichters [onleesbaar]    sneed

Over Pierre Kemps verblijf in het ziekenhuis en zijn overlijden op 21 juli 1967 zie mijn biografie van de dichter: Pierre Kemp, een leven (Nijmegen, Vantilt, 2010), p. 650 en volgende.
Dank aan Marjet Perry voor de toestemming tot reproductie van Kemps gedicht voor haar.

Omhoog geklauterd

In Elsevier van 9 februari schrijft Eric Vrijsen onder de kop 'Omhoog geklauterd' over minister van Buitenlandse Zaken Frans Timmermans, kleinzoon van mijnwerkers, over diens afkomst en hoe die hem tot op de dag van vandaag inspireert. Een citaat:

'Zijn familiegeschiedenis laat zich lezen als de triomf van de katholieke en de socialistische verzuiling. Met de volharding van mannen die na een ploegendienst op zondag uit een diepte van 420 meter omhoog klauterden over een trap in de schacht omdat meneer pastoor niet toestond dat op de "dag des Heeren" de liften functioneerden.'

Hoe Frans Timmermans het precies verteld heeft aan zijn interviewer weet ik niet, maar zoals het in Elsevier is terechtgekomen, met natuurlijk weer die verrekte 'meneer pastoor' als Zwarte Piet, is dit een broodje-aapverhaal. Op zondag werden in de mijn alleen reparatie- en onderhoudsdiensten gedraaid. Tijdens de Tweede Wereldoorlog en in de eerste naoorlogse jaren moest de kolenproductie worden opgevoerd en werd er soms ook op zondag gewerkt. Maar daarbij werd natuurlijk van de liften gebruik gemaakt (al moest vanzelfsprekend ook op de machinerie van het schachtvervoer regelmatig onderhoud worden gepleegd).

Een mogelijke verklaring: de metafoor van het 'omhoog klauteren', de sociale stijging die al in de kop van het artikel tot hoofdthema werd gemaakt. Zoals het comfortabele cliché het wil, hebben katholieke geestelijken, de immer foute clerus, die verheffing alleen maar tegengewerkt.

zondag 10 februari 2013


Sinds het verschijnen van In en onder het dorp. Mijnwerkersleven in Limburg, eind november 2012, ontvang ik met grote regelmaat reacties van lezers die me uit allerlei delen van het land laten weten met hoeveel belangstelling ze mijn boek gelezen hebben en hoezeer ook de erin opgenomen gedichten en verhalen hen hebben aangesproken.

Zo is het mij niet eerder overkomen. Het is een gelukkige ervaring. En ik ben nog steeds verheugd over het feit dat ik in dit boek inderdaad ook mijn eerdere gedichten en verhalen uit de vroegere Mijnstreek heb opgenomen. Zo heb ik ze aan 'de literatuur' kunnen laten ontsnappen om terecht te komen bij een 'gewoon', algemeen publiek.

Welbeschouwd is In en onder het dorp het boek waaraan ik het langst gewerkt heb van al mijn publicaties. Sinds het midden van de jaren '70 namelijk, toen ik in Tirade 'Kerkraadse gedichten' publiceerde, in De Gids de reeks 'Toen ik mijn hand wegtrok, was zij pikzwart' en in de gedichtenrubriek van Spektator, die onder redactie stond van Willem Wilmink, 'Kompels'.

In In en onder het dorp komt nu alles definitief samen: geschiedverhaal, memoires, prozaschetsen en poëzie.

Tot de lezers van mijn boek behoort ook de kunstenares Kim Bosch, van de generatie waaraan ik mijn boek heb opgedragen. 
Vanuit Den Haag stuurde zij mij haar Zelfportret De Nederlandse Steenkolenmijnen.


Zelfportret
De Nederlandse Steenkolenmijnen
cyanotypie
© Kim Bosch