Gisteren, op de geboortedag van Jan Hanlo (1912-1969), werd
in Valkenburg aan de Geul door burgemeester Martin Eurlings een monument onthuld ter nagedachtenis van de
dichter. De gedenksteen, gemaakt door steen- en beeldhouwer Tycho Flore, ligt
vlakbij de plek waar Hanlo gewoond heeft,
in het poorthuisje van Geerlingshof, dat
niet lang na zijn dood aan de slopershamer ten prooi is gevallen.
Stichting Dichter in Beeld, die het initiatief nam tot deze
hommage, had mij gevraag voor deze gelegenheid een gedicht te schrijven en dat
bij de onthulling voor te lezen.
Het gedicht dat ik voorlas is geïnspireerd door herinneringen aan Jan
Hanlo. Aan mijn eerste bezoek aan het poorthuisje, in 1965, en aan een
ontmoeting met hem op Allerzielen 1967, toen ik als jongste dichter (ik had in
1965, ik was toen achttien, in het tijdschrift Contour gedebuteerd)
mocht deelnemen aan Rimrammen in de Redoute, een soort Poëzie in Carré,
maar dan voor poëten in en uit de beide Limburgen in de Stadsschouwburg van
Maastricht. In de pauze vroeg Hanlo mij, of hij het gedicht waarmee ik mijn voordracht begonnen
was eens mocht lezen. Hij nam het blad met de tekst van mij aan en ging ernaar
zitten kijken. Toen ik zijn ogen probeerde te volgen, zag ik dat hij het gedicht op zijn kop hield.
In mijn gedicht speelt ook een rol wat ik las toen ik Hanlo
in 1965 in Valkenburg opzocht. Het waren woorden van de vader van de schrijver
Jan de Hartog. Die vader was predikant. Hanlo had van hem met potlood deze
woorden op de muur van zijn bed genoteerd: 'Het bijzondere van het gebed is,
dat het verhoord wordt.' Jan Hanlo, die zeer religieus was, wees mij daarop.
Beide herinneringen vormden de inspiratie voor mijn 'Gedicht
dat zich Jan Hanlo herinnert'. Ze zijn in
dat gedicht van betekenis veranderd en hebben nu van alles te maken gekregen
met de 'autonomie' van het gedicht, dat in zijn woorden zijn eigen
werkelijkheid realiseert, waarmaakt. Maar het spreekt, naar het einde, toch ook
van de wanhoop die de eenzame en tragische denker die Jan Hanlo naast veel meer
(ik denk aan zijn humor, zijn speelsheid) óók was, blijkens zijn brieven zo
dikwijls ervaren moet hebben.
Op zondag 1 juni 2014
zendt de vpro op radio 1 een radiodocumentaire uit over Jan Hanlo. Deze
documentaire, Het beeld van Hanlo, is gemaakt door Joost Wilgenhof en
begint om 21.00 uur; ze duurt een uur.
Zie ook: Dichter in Beeld voor een verslag, met foto's, van de onthulling van het Jan Hanlo-monument.
Gedicht dat zich Jan Hanlo herinnert
Het merkwaardige van het gedicht
is dat het verhoord wordt
ook als het niets vraagt
tot niemand zich richt
Nog niet geschreven
wordt het door de pen gelezen
en voor afloop en uitleg
naar zichzelf verwezen
Misschien dat jan hanlo
mijn gedicht daarom
op zijn kop hield
toen hij gezegd had
dat hij het wilde zien
Ik denk dat hij zijn eigen luidste vers
op de muur heeft geschreven
de muur van het zwijgen van god
waar geen sloper tegenop –